Ik ben geroepen om letsels vast te komen leggen. Middels een foto vereeuwig ik de letsels. In een getypte verklaring doe ik vervolgens een relaas over de vermeende toedracht, mijn observaties (zwellingen, blauwe plekken) en de mate waarin de toedracht en dat wat ik waarneem, bij elkaar passen.
Na de man zie ik de letsels bij de vrouw. Zijn vrouw. Haar neus ziet er vrij gezwollen uit. Ter controle, om een gebroken neus uit te sluiten, stuur ik haar over een paar dagen langs bij de KNO-arts. Uiteraard vraag ik altijd na wat er nu precies gebeurd is. Ze vertelt dat haar man haar met zijn hand op haar neus heeft geslagen.
“Hoezo heeft hij u geslagen?”
“Hij was nogal boos omdat ik hem gemept had, met euhm, dat ding uit mijn tas.”
“Ding uit uw tas?”
“Ja, dat ding.”
Ze opent haar tas. Een strijkijzer komt tevoorschijn.
“U bedoelt die strijkijzer?”
“Eeuhm, ja....”
“Daar heeft u hem mee geslagen?”
“Ja, hij maakte me zo kwaad, dat ik hem uit mijn tas haalde en naar hem uithaalde. Ik raakte hem op zijn wang.”
“En toen?”
“Toen sloeg hij me vol op mijn neus.”
“En daarna vond die taxichauffeur het te gortig worden, die heeft ons naar het eerste de beste politiebureau in de buurt gereden en ons daar afgezet.”
“U zat achter in de taxi toen dit gebeurde?”
“Ja.”
Met een gladgestreken gezicht – om mijn verbijstering te verhullen – noteer ik haar personalia om haar letselverklaring af te ronden. Na mijn bezoek mag mevrouw naar huis toe.
Ik stap in de auto om naar de GGD te rijden.
Ik vraag me af wat er nou vreemder is in deze zaak.
Die strijkijzer, of het feit dat alleen de man is aangehouden.....
Extra informatie voor professionals:
Gratis consult voor professionals inzake kindermishandeling: Poli Kindermishandeling
Gratis consultatie voor huisartsen inzake letsels en vermoedens mishandeling bij forensisch artsen GGD Amsterdam