Eenmaal in het bureau begrijp ik waarom ik gebeld ben. De politie, zeker in het centrum van Amsterdam heeft voldoende ervaring met de bijna eindeloze reeks rare snuiters die de binnenstad rijk is: junks, daklozen, illegalen, prostituees, travestieten, transseksuelen, handelaars in nepdope, de talloze (drugs)toeristen en een enkele ‘Bekende Onbekende Amsterdammer’ zoals de string-skater. Iedereen in Amsterdam kent de string-skater. De man voelt zich om duistere redenen geroepen om zich alle seizoenen van het jaar door de straten van de Grote Stad te skaten, slechts getooid in een weinigverhullende string.
Politie centrum trekt niet zomaar aan de bel. Het meeste kunnen ze prima zelf af.
De dame in kwestie staat nog in de voorgeleidingsruimte. Naakt. Zo is ze, voor haar eigen veiligheid, door de politie uit een van de binnenstraatjes van het centrum geplukt. Vooralsnog is er geen zinnig woord uit haar gekomen. Het enige wat de politie weet, is dat ze uit een Oostblokland komt. Het drenkelingenpak dat de jongedame gekregen heeft om zich in te mogen hullen, ligt nog onaangeroerd in de hoek. Schijnbaar voelt ze zich naakt prima op haar gemak.
Zodra ik naar binnen stap, waarschuwt de politie me dat de Oostblokdame geneigd is om naar eenieders edele delen te grijpen. Nog voordat ik een zinnig woord gewisseld heb, moet ik inderdaad al een gulzige graaihand richting kruishoogte afweren. Ik probeer contact met haar te maken en wat met haar te praten. Ze hangt op het houten bankje en betast zichzelf over hele lichaam. Ze lijkt zich in een andere wereld te begeven. Contact krijgen is onmogelijk. Ik stap de cel uit.
“En doc?” vraagt een agent aan me. “Tja, deze jongedame zou wel eens wat drugs gesnoept kunnen hebben. Zeker met van die wijde pupillen. Maar welke, da’s lastig te zeggen. Ik denk niet dat er wat lichamelijks of psychiatrisch bij haar speelt. Ze is wel flink van de kaart, geef haar de komende tijd maar suikerwater en houd haar in de gaten.” “OK, log je het even, doc?” Ik typ mijn bevindingen in X-pol, het politiestysteem.
Bij mijn vertrek meldt de vriend van de Oostblokdame zich. Ze heeft een doosje paddo’s leeg gegeten. Dat zou haar wonderlijke gedrag wel eens kunnen verklaren. Gelukkig heeft de politie haar op tijd in de smiezen gekregen en haar even vast kunnen zetten. Puur voor haar veiligheid. Wie weet had ze anders de behoefte gehad om in een gracht te gaan zwemmen. Of om van het balkon van haar hotelkamer te springen. Of om een wildvreemde te bespringen.
Ze zou niet de eerste geweest zijn…..